Op scholen waar vluchtelingenkinderen worden opgevangen is heel wat te zien. Op vele manieren spannen leidinggevenden en leraren zich tot het uiterste in om goede opvang en goed onderwijs te verzorgen.
Op scholen waar vluchtelingenkinderen worden opgevangen is heel wat te zien. Op vele manieren spannen leidinggevenden en leraren zich tot het uiterste in om goede opvang en goed onderwijs te verzorgen.
Hoe deal je als school(leider) met de hedendaagse invloeden van buitenaf? Bijvoorbeeld met de straatcultuur die leerlingen het schoolgebouw in brengen. Op welke manier kun je met een goed pedagogisch klimaat, waardengericht onderwijs en moreel leiderschap de soms negatieve invloeden daarvan ombuigen naar preventie en kansen? “Als wij ze onze normen en waarden niet leren, zijn ze kansloos bij het zoeken naar een stageplek, of later een baan.”
De toestroom van vluchtelingenkinderen op scholen is ook een uitdaging ‘van buitenaf’ voor het onderwijs. Leren van succesaanpakken voorkomt steeds opnieuw het wiel uitvinden. Pionierende schoolleiders op dit gebied laten zien wat hun oplossingen zijn voor een gemeenschappelijke maatschappelijke verantwoordelijkheid. Toolboxen, draaiboeken, filmpjes en discussiepapers bewijzen hun dienst. “We leggen verbanden. We willen graag dat scholen helder in beeld krijgen wat er nodig is om goed onderwijs te geven.”
Bij de vorming van een integraal kindcentrum – al dan niet ten gevolge van krimp – krijg je bij uitstek te maken met verschillende partijen ‘van buitenaf’. In Zeeuws-Vlaanderen hebben zij samen een stevige basis gelegd voor toekomstbestendige kindvoorzieningen met optimale ontwikkelkansen, die een belangrijke bijdrage leveren aan het onderwijs én de leefwereld in deze regio. “We combineren het beste van verschillende werelden.”
Leden van de AVS kunnen de Helpdesk bellen met uiteenlopende vragen over vakgerelateerde zaken en hun eigen rechtspositie.
Iedere maand wordt één vraag beantwoord in Kader Primair.
In de CAO PO is per 1 augustus 2015 het volgende veranderd als het gaat om het vakantieverlof: in de nieuwe situatie heeft een werknemer recht op 428 uur vakantieverlof, inclusief de algemeen erkende feestdagen (deeltijder naar rato). Vóór 1 augustus werden de vakantie-uren voor (onderwijs)personeel berekend in een schooljaar en voor onderwijsondersteunend personeel zonder lesgebonden en/of behandeltaken in een kalenderjaar. Sinds 1 augustus 2015 vindt de opbouw van het vakantieverlof voor beide soorten medewerkers plaats van 1 oktober tot en met 30 september. De schoolvakanties en vrije dagen vallen allemaal binnen 1 oktober – 1 oktober. Het verlof bestaat uit wettelijke vakantieverlof van vier keer de wekelijkse arbeidsduur (160 uur). De overige uren zijn bovenwettelijk vakantieverlof *. Het verlof wordt in de schoolvakanties verleend. Vakantieverlof voor onderwijsondersteunend personeel zonder lesgebonden en/ of behandeltaken wordt bij voorkeur in de schoolvakantie verleend. Als er meer uren verlof zijn om in schoolvakanties op te nemen, dan wordt het restant van de verlofuren in overleg op andere momenten opgenomen. Dit kan voorkomen als er nog vakantieverlof resteert uit het vorige school(jaar).
Rekenvoorbeeld 1
Een medewerker heeft al de vakanties genoten in schooljaar 2015/2016 (herfst 40 – kerst 80 – voorjaar 40 = 160 uur) en wordt ziek in mei. De collega is ziek in de meivakantie en drie weken in de zomervakantie. Er is geen sprake van compensatie omdat het wettelijke vakantieverlof van 160 uur is genoten.
Rekenvoorbeeld 2
Een medewerker is ziek vanaf november tot en met de start van het nieuwe schooljaar. Deze collega heeft 40 uur verlof genoten in de herfstvakantie. Deze collega heeft in het volgende schooljaar nog een recht van 120 uur vakantieverlof**.
Het is van belang om de inzet van verlofuren en afwezigheid door ziekte in relatie met elkaar jaarlijks te bezien voor de afspraken over de inzet in een volgend (school)jaar.
* Zie CAO PO artikel 8B1 lid 4
**Zie CAO PO artikel 8B1 lid 5